Wortels houden van zanderige, ietwat vochtige, goed doorlatende grond. Wortels staan het liefste in de volle zon. De wortel die wij kennen is het resultaat van het langdurig kweken van de wilde wortel. Als groente werd hij al verbouwd door Germaanse volkeren. De oude Romeinen en Grieken noemden de wortel al als geneeskrachtige plant: ze kenden de vochtafdrijvend werking, maar voor consumptie vonden ze de nog niet zo ver doorgekweekte vorm waarschijnlijk nog te houtig. Pas in de 17e eeuw is het de Nederlanders gelukt de ons bekende oranje wortel te kweken die zijn kleur te danken heeft aan het hoge gehalte caroteen (pro-vitamine A). De wortel bevat verder vitamine B1, B2 en C, flavonoïden en etherische olie. Er zijn verschillende soorten wortels zoals o.a. bospeen, waspeen en winterwortel.
Wortelen kunnen van februari tot en met augustus worden gezaaid en van juni tot november worden geoogst. Als je de vroege teelt onder glas erbij rekent, is het mogelijk om het hele jaar van zelf geteelde wortelen te genieten. Daarvoor moeten mensen wel op verschillende momenten aan de slag. De wortelteelt kent twee grote groepen: • de vroege en de zomerteelt leveren wortelen voor direct verbruik. • de late teelt of winterteelt levert bewaarwortelen.
Voor details zie verschillende zaaikalenders op het internet.
Naast de wortelen zelf is ook het loof van de plant eetbaar. Het heeft een sterke smaak en kan in kleine hoeveelheden worden toegevoegd aan salades of als garnering aan soepen. |