Beschrijving: |
Postelein (Portulaca oleracea, synoniem: Portulaca sativa) komt van nature voor in India en het Midden-Oosten. Postelein houdt van voedselrijke vochtige grond en staat het liefst in de volle zon.
Postelein wordt 5-50 cm hoog en heeft verspreid staande, vlezige bladeren. De wilde postelein heeft liggende, gladde, roodachtige stengels en de gekweekte opgaande. De plant bloeit in Nederland in het wild van juni tot de herfst met gele 1,2 cm grote bloemen. De vrucht is een veelzadige doosvrucht die met een dekseltje openspringt.
De bladeren en steeltjes van de postelein hebben een licht zure en zoute smaak en kunnen zowel gekookt als vers gegeten worden. De zwarte zaden uit de vruchtdozen zijn ook eetbaar. De kiemduur bedraagt 3 tot 7 dagen. Bij lage temperaturen zal het zaad slecht kiemen en de planten snel in het zaad schieten. Een maand na het zaaien kunnen de eerste jonge blaadjes worden geplukt.
Teeltschema: Koud glas: zaaien in april t/m augustus, oogsten in mei t/m september. Volle grond: zaaien in mei t/m augustus, oogsten in juni t/m september. Maak de postelein schoon, was de groente en kook ze in een pan met het aanhangende water en een snufje zout in ongeveer 10 minuten gaar. Voeg een klontje boter toe en bind eventueel met maïzena of aardappelmeel. Verder zijn de jonge posteleinbladeren lekker bij rode bieten, tuinbonen, nieuwe aardappelen, spinazie en tomaten. Een veelvoorkomend gerecht in het Midden-Oosten is fijngehakte postelein met een knoflook-yoghurtdressing bij gegrild vlees. |