Kornoelje valt vooral op door mooie bloemen of kleurige takken. Van sommige struiken is de vrucht goed eetbaar. Kornoelje-jam is niet alleen bijzonder, maar ook heel lekker. Het geslacht Cornus is rijk aan soorten en variëteiten. Daar zitten bijzondere en gewone soorten tussen. Een bijzonder laag blijvende kornoelje is de dwergkornoelje. Deze kruipende soort wordt niet veel hoger dan 20 cm. De plant is inheems in Noord-Amerika.
Dwergkornoelje houdt van humusrijke ietwat vochtige grond en staat het liefst in de volle zon of de halfschaduw. De plant geeft de voorkeur aan licht (zandig), medium (leem) en zware (klei) bodem en kunnen groeien in zware kleigrond. De bladeren zijn opvallend mooi van vorm en frisgroen van kleur. Zoals bij bijna alle kornoeljes zijn de licht gebogen nerven in het blad goed zichtbaar. De bloemen zijn groenwit van kleur en verschijnen in juni - juli. De bloemen zijn hermafrodiet (zowel mannelijke als vrouwelijke organen) en worden bestoven door insecten. Het vruchtbeginsel ligt in het centrum van de omgevende vier bloembladen. In september - oktober verkleuren de groene bessen naar felrood. De tros bestaat uit 4 - 7 langwerpig ronde bessen die een diameter tot 6mm kunnen krijgen. De vruchten zijn vers van de plant goed eetbaar. Ook zijn ze te verwerken in taarten, en is er sap, jam en vruchtengelei van te maken. In diverse soorten pudding is het vruchtmoes een welkome variatie. |