De gewone oesterzwam is een redelijk bekende paddestoel. De vorm lijkt op de schelp van een oester en de kleur kan varieren tussen lichtgrijs lichtpaars en lichtgeel. In het wild komt de paddenstoel vooral voor op levende en dode stammen, stronken en takken van loofbomen van oa. de populier, beuk, wilg en berk. Vooral op de beuk zitten ze vaak. Op naaldbomen kom je zelden tot nooit tegen. Voor de eigen verbouw kunnen de sporen van de paddestoel geënt worden op koolstofrijke materialen zoals boomstammetjes, stro of zelfs oude kranten. Sinds enige jaren gebruikt men ook koffiedik als substraat om oesterzwammen op te kweken. Het zelf kweken van deze paddenstoel in de buitenlucht is goed te doen. Dit kan door de sporen of broed te kopen en dat zelf aan te brengen op ontsmette koolstofrijke materialen. Daarnaast kun je tegenwoordig ook kant en klare kweeksetjes kopen en zo je eigen oesterzwammen gecontroleerd in huis kweken.
De oesterzwam wordt in verschillende gerechten gegeten. Het kan naast vlees, maar ook als vleesvervanger. Er is ook lekkere paddenstoelensoep van te maken. Hier kun je verschillende gerechten vinden. |